Pieter Leemans (Schaarbeek 1897 – Elsene 1980) is een Vlaamse pianist, dirigent en componist. De liefde voor de muziek werd hem door zijn moeder bijgebracht, en hij kreeg een eerste muziekopleiding aan de muziekacademies van St.-Joost-ten-Node en Etterbeek. Na zijn legerdienst, waar hij alto speelde in het fanfareorkest van de 4de Carabiniers, studeerde hij piano, notenleer, harmonie en contrapunt aan het Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel bij o.a. Richard Kips, Martin Lunssens. Voor orkestratie en compositie ging hij privé bij Paul Gilson.

Zijn carrière begon als pianist bij stomme films en als muziekleraar. In 1932 werd hij aangeworven bij de NIR, het Nationaal Instituut voor de Radio-omroep, de Belgische omroeporganisatie (naar Brits BBC-model), dat uitzond vanuit het Flageygbouw in Brussel. Het is de voorloper van de BRT en de VRT. Leemans werd er aangeworven als  ‘musicus-pianist/solist’ en dirigent-programmator van het ‘klein orkest’. Dit 12-koppige orkest werd in 1934 uitgebreid tot 19 spelers als ‘genre-orkest’. In deze periode componeerde hij veel voor dit ensemble, korte ‘genrewerkjes’ waarin zijn vakkennis en zin voor kleurrijke orkestratie blijkt. Ook de Gondoles Venitiennes arrangeerde hij voor deze bezetting. In 1944 promoveerde hij tot dirigent van het Omroeporkest van de NIR (nu Brussels Philharmonic), een functie die hij aanhield tot 1962.

Leemans schreef liederen, kinder- en schoolliederen, kamermuziek, koor- en orkestwerken, filmmuziek en muziek bij luisterspelen. Hij werd echter het meest bekend met zijn marsen, waar hij ook veel composititiewestrijden mee won. Hij verhief de mars tot een artistiek niveau. Zijn marsen zijn eenvoudig en helder, opgewekt, en gemakkelijk te onthouden. Hij maakte zich los van de traditionele militaire marsen, en kruidde zijn marsen met elementen uit de ‘lichte muziek’ van zijn tijd. Door de luchtigheid en humor kregen ze hun onmiskenbare optimistische stijl. Zijn Mars van de Belgische Parachutisten (1945), zijn treurmars Voor een Held (1945) en zijn Mars van de Belgische Commando’s zijn wereldberoemd geworden en worden nog steeds uitgegeven en uitgevoerd. In het kader van de Expo 58 werd zijn parachutistenmars opgenomen door Benny Goodman, wat bijdroeg tot de enorme populariteit van deze mars in de USA.

De stijl van zijn andere werken kan gerekend worden tot het Vlaams impressionisme. Gondoles Venitiennes is hier een mooi voorbeeld van. De toonorganisatie is geënt op de late romantiek en het impressionisme. Hij gebruikt rijke kleurharmonieën, soms tonaal georganiseerd, soms met een impressionistische vrijheid. Net zoals zijn Franse collega’s wendt hij zich ook tot de oude modi. De helderheid van zijn marsen vinden we terug in de klare organisatie van zijn catchy melodieën.

Deze Venetiaanse gondels droeg hij op aan zijn vrouw. Wellicht mooie herinneringen aan een warme vakantienamiddag in een gondel, rustig wiegend op de golven van een Venetiaans kanaal…

bronnen van teksten en foto’s : https://wordpress.com/page/artdecomusic.be/1547